Nilfisk-ALTO RS 501 Vacuum Cleaner User Manual


 
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
32
33015501(3)2008-02 A RS 501
DEMONTAGE/MONTAGE VAN DE WIELEN
Voorbereidende handelingen
Draai de contactsleutel (17, Afb. D) tot het einde tegen de klok in en verwijder de sleutel.
Schakel de parkeerrem (7, Afb. E) in.
Controleer of de machine ook met een opgeheven wiel niet zelf kan bewegen (de parkeerrem werkt alleen op de voorwielen).
Zet eventueel de machine vast met wielblokken die op de grond blijven staan.
Demonteer het betreffende wiel als volgt.
Demontage/montage van een voorwiel
Plaats de krik (1, Afb. AJ) onder de hiervoor bestemde locatie (2) op de langsligger van de machine, voor het te demonteren
voorwiel (3).
Voordat u het wiel met de krik omhoog brengt, moet u de bevestigingsmoeren eerst iets losdraaien.
LET OP!
De krik (1, Afb. AJ) is niet meegeleverd. Gebruik een krik met de juiste kenmerken en met een minimaal
draagvermogen van 2 ton.
Schakel voorzichtig de krik (1, Afb. AJ) in en breng het te demonteren wiel (3) omhoog totdat deze iets van de ondergrond
afkomt.
Draai de bevestigingsmoeren los en verwijder het wiel (3, Afb. AJ).
Monteer het wiel (3, Afb. AJ) opnieuw door de punten 5 tot en met 7 in omgekeerde volgorde uit te voeren.
Bevestigingkoppel bevestigingsmoeren wiel: 400 Nm.
Demontage/montage van een achterwiel
Zet de krik voor omhoog brengen (1, Afb. AK) op de juiste positie (4) onder de achteras (2), bij het wiel dat moet worden
gedemonteerd.
Voordat u het wiel met de krik omhoog brengt, moet u de bevestigingsmoeren eerst iets losdraaien.
LET OP!
De krik (1, Afb. AK) is niet meegeleverd. Gebruik een krik met de juiste kenmerken en met een minimaal
draagvermogen van 2 ton.
Schakel voorzichtig de krik (1, Afb. AK) in en breng het te demonteren wiel (3) omhoog totdat het iets van de ondergrond
afkomt.
Draai de bevestigingsmoeren los en verwijder het wiel (3, Afb. AK).
Monteer het wiel (3, Afb. AK) opnieuw door de punten 9 tot en met 11 in omgekeerde volgorde uit te voeren.
Bevestigingkoppel bevestigingsmoeren wiel: 400 Nm.
VERVANGING VAN DE ZEKERINGEN
Schakel de parkeerrem (7, Afb. E) in.
Draai de contactsleutel (17, Afb. D) tot het einde tegen de klok in en verwijder de sleutel.
Verwijder de doorzichtige bescherming van het zekeringenkastje (24 of 25, Afb. D) en vervang de betreffende zekering:
Zekeringenkastje B (24, Afb. D)
Zekering noodlichten (10 A)
Zekering remlichten/geluidssignaal (10 A)
Zekering positielichten linkerkant (10 A)
Zekering positielichten rechterkant (10 A)
Zekering dimlichten (15 A)
Zekering grootlichten (15 A)
Zekering aansteker (20 A)
Beschikbare zekeringhouder
Zekeringenkastje A (25, Afb. D)
Zekering ventilator radiateur olie hydraulisch systeem/magneetkleppen fl ap (20 A)
Zekering magneetklep brandstof (10 A)
Zekering ventilator cabine/knipperlicht/ruitenwisser (15 A)
Zekering waterpomp installatie stofbestrijding (10 A)
Zekering waterpomp van installatie voor stofbestrijding/klimaatregelaar (optioneel) (20 A)
Zekering geluidssignaal achteruit (10 A)
Zekering controlelampjes/regeleenheid bougies (10 A)
Zekering lampje elektrische krik (10 A)
Zekering elektrische krik openen/sluiten klep afvalcontainer (15 A)
Doe de doorzichtige bescherming van het zekeringenkastje (24 of 25, Afb. D) terug.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
1.
2.
3.
a)
b)
c)
d)
e)
f)
g)
h)
i)
j)
k)
l)
m)
n)
o)
p)
4.